Voorlopig geen beslissing voor asielzoekers uit Libanon
De Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) neemt voorlopig geen beslissing over de asielaanvragen van Libanezen. Vanwege de…
De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) wil graag betrokken worden bij uitwerking van de migratieplannen in het hoofdlijnenakkoord van de formerende partijen. Het is voor de IND belangrijk om mee te kunnen praten over het concreet maken van de gepresenteerde plannen. Op die manier kan de dienst de uitvoering zo goed mogelijk aanpassen aan het nieuwe beleid. Aan politici en beleidsmakers vraagt de IND tijd om veranderingen beheerst te kunnen doorvoeren. Daarnaast zijn een toekomstbestendige, stabiele financiering en heldere nationale beleidskaders voor de IND noodzakelijk om het werk beter te kunnen uitvoeren.
Het werk van de IND is in de afgelopen jaren complexer geworden. Daarom is de dienst zelf al bezig om het werk te vereenvoudigen en efficiënter te werken. Dit schrijft de IND in de jaarlijkse Stand van de Uitvoering.
‘De gevolgen van het hooflijnenakkoord van de formerende partijen zullen groot zijn voor de IND. Zeker in samenhang met de wijzigingen die volgen uit het EU-Migratiepact,’ zegt Directeur-Generaal van de IND Rhodia Maas. ‘Voor de IND is het essentieel om de tijd te krijgen om veranderingen stap voor stap te kunnen doorvoeren. En heldere nationale beleidskaders waarbinnen we ons werk uitvoeren. We willen daarover graag snel in gesprek met een nieuwe bewindspersoon. Het is voor de IND belangrijk om mee te praten over de vertaling van de plannen naar regelgeving, beleid en naar de uitvoeringspraktijk.’
De IND geeft al langere tijd aan dat de organisatie toekomstbestendige, stabiele financiering nodig heeft om meerjarige plannen te kunnen maken. Dat is met het nieuwe hoofdlijnenakkoord niet anders geworden. Structurele investering in de uitvoering blijft noodzakelijk. Bijvoorbeeld om verdere ontwikkeling van toekomstige informatievoorziening en -technologie mogelijk te maken.
Daar waar de IND zelf invloed heeft op verbeteringen zijn deze al in gang gezet. Zo werkt de IND steeds efficiënter, en vermindert de dienst waar mogelijk de complexiteit van het werk. Bijvoorbeeld door werkinstructies en aanvraagformulieren korter en duidelijker te maken.
Rhodia Maas vertelt: ‘Om tot een zorgvuldig besluit te komen zijn we gewend om veel informatie uit te vragen. Een voorbeeld is het reguliere aanvraagproces voor iemand die een partner of kind naar Nederland wil halen. De aanvrager moet een formulier van 72 pagina’s invullen en zelf aangeven welke vergunning hij aanvraagt. Dat is complex voor de aanvrager, en veel werk voor de IND. We korten het formulier nu in waarmee we gerichter om informatie vragen. En we gaan zelf aangeven welke vergunning het beste bij een aanvraag past. Dat klinkt logisch en eenvoudig, maar met jaarlijks meer dan 40 duizend aanvragen is de impact groot.’
Ondanks de complexe vraagstukken die er spelen, verzet de IND al langere tijd meer werk dan waar de organisatie op ingericht is. ‘Dat moeten we komende jaren blijven doen, want iedereen is gebaat bij een snellere afhandeling van de aanvragen’, aldus Rhodia Maas. ‘Slimmer werken en het werk vereenvoudigen moeten de productiviteit van de IND verhogen. Dat is nodig, omdat de IND de afgelopen jaren al flink is gegroeid in aantal medewerkers en niet oneindig kan doorgroeien.’ De IND verwacht, op basis van de huidige situatie, vanaf 2028 een stuk dichterbij het doel te zijn om iedere aanvraag tijdig te kunnen beslissen.
Lees meer in de Stand van de Uitvoering.